Tekst Hans van Noort [ hansvannoort@parkstadveendam.nl ]
Het is eind februari. We staan in de bijenstal van Borgerswold bij de jeugdtuinen van de Vereniging Tuinrecreatie De Toene. Met kritische blik loopt de imker de bijenkasten na. Hé, daaronder in het laadje lijkt er wel wat Varroamijt te zitten. “Kijk maar.” Een kast verder: een gedeelte van de honingraat is weggevreten. Een muisje heeft onderin de kast zijn nestje gemaakt. Vakkundig haalt de imker de raten één voor één uit de kast en ja hoor, daar zit de boosdoener. Al snel weet die via de bijeningang de kast weer te verlaten. Helaas heeft die het bijenvolk verjaagd en is de kast dus leeg. “Jammer, maar zo is de natuur nu eenmaal. Volgend jaar maar een stukje fijn gaas voor de ingang plaatsen.” Bij weer een andere kast worden de dode bijen goed bekeken. Zijn de vleugeltjes wit, dan zijn ze door de kou doodgegaan of hebben te weinig eten gehad. In iedere bijenkast ligt een zogenaamde kastkaart. Hierop noteert de imker wanneer hij de kast inspecteert én of er bijzonderheden zijn. Het zonnetje komt door, er zit hier en daar al wat beweging in de kasten. “Zodra de temperatuur boven de 15 °C komt, ondernemen de dames hun eerste vlucht,” vertelt de imker enthousiast. Die imker is Bennie van Buizen- 41 jaar jong.
Als 14-jarige hielp hij zijn oom, die imker was, bij het slingeren van honing. Ja, en hoe gaat dat, het leven gaat door. Er komen andere dingen die misschien wel zo belangrijk zijn. Maar, zoals het spreekwoord zegt: “Het bloed kruipt, waar ’t niet gaan kan.” Geleidelijk aan krijgt hij wat meer tijd en meldt zich aan bij Imkervereniging Zuidlaren. Een cursus imkerij volgt, hij slaagt - en dan? Via via komt hij in contact met Hessel Nieboer, toen voorzitter van De Toene. Om de jeugdtuinen nog aantrekkelijker te maken zoekt hij een imker. De click is er en nu heeft Vereniging Tuinrecreatie De Toene dus een imker én Bennie heeft het voorzitterschap van Hessel ad interim overgenomen.
’s Winters zijn de bijen in rust. In het najaar moeten de bijen voldoende voedsel tot zich nemen om de winter door te komen. “Ik voer de bijen in oktober/november met Apifonda, een kant en klaar mengsel dat bestaat uit 90% suikers zoals: sacharose, glucose, fructose, dextrose en maltose plus het enzym invertase. Dit halen we bij kwekerij en imkervakhandel Koning in Siddeburen.” In het voorjaar vliegen ze voor het eerst uit. Zodra de bloesem aan de bomen of struiken zit halen ze hun eten, de nectar en stuifmeel, uit de bloemen op. Als eerste de bramenstruiken. Die zijn er in Borgerswold volop én lekker dichtbij! De wilgenbomen zijn ook vroeg met hun bloesem, dus genoeg te eten. Ook de vruchtbomen zijn bijtijds. Voor de bestuiving op De Toene natuurlijk ideaal.
Daarna komt het koolzaad. Die is niet in de nabije omgeving van Borgerswold te vinden, daarom plaatst Bennie dan een deel van de kasten bij een koolzaadveld in de buurt van Wagenborgen. Bij die koolzaadvelden trekt Bennie samen op met een aantal actieve collega imkers. Het zijn de broers Hoogeveen – Martijn, Maarten en Martin. Met René van de Molen werkt hij veel samen om de juiste koninginnen te telen en hij heeft veel contact met Jan Enne en de oude rot in het vak maar modern qua opvattingen. Met elkaar proberen ze daar de specifieke koolzaadhoning te winnen. “In een goed jaar hebben we wel eens 40 kg in één week,” straalt Bennie.
Daarna de “gewone” zomerbloeiers. Deze zijn in grote hoeveelheden te vinden in de stadstuinen van Veendam en Wildervank. De tegenwoordig veel ingezaaide akkerranden, vol gevarieerde bloeiende bloemen, zijn een weldaad voor de bijen. Bijen vliegen tot wel 3 km van de kast of korf om hun kostje bij elkaar te scharrelen.
In de bijenstal van de jeugdtuinen staan 9 kasten met in iedere kast een bijenvolk, ook wel bijenstaat genoemd. Zo’n bijenvolk bestaat ’s zomers uit 40.000 – 50.000 werkbijen (de vrouwtjes), één koningin (de moer) en ongeveer 5.000 darren (de mannetjes). De werksters houden zich met allerlei zaken bezig van reinigen van de cellen, het bouwen van de raten tot uiteindelijk het zelf ophalen van de nectar en stuifmeel. Bennie: “We zijn afgelopen jaar één volk verloren. Dat is weinig hoor, want normaal verliezen we 40%. Door die muis komt er nu een 2e volk bij dat de winter niet heeft overleefd.”
Dat Bennie de bijen een warm hart toedraagt blijkt ook uit zijn presentaties/lezingen. Die heeft hij verzorgd o.a. in de bibliotheek van Veendam, maar tevens geeft hij die op verschillende basisscholen zoals op de Viermaster en In de Manne. Een zichtkast doet het dan altijd goed. Bij deze kast is één wand van glas, zodat de kinderen naar binnen kunnen kijken en het bijenvolk gadeslaan.
“De koningin, die 2 à 3 maal groter is dan een werkbij, plak ik een felgekleurd stickertje op de rug zodat ze gemakkelijk te herkennen is,” aldus Bennie. “Dat is overigens altijd een heel secuur klusje om dat te doen!”
Een ander zorgvuldig werkje is de kunstmatige inseminatie van de bijen. KI bij bijen? “Ja, dit doe ik samen met mijn kameraad René van de Molen. Hierdoor trachten we het bijenras zuiver te houden. Het is de Carnica-bij. Een actief en zachtaardig bijenras dat voor de imker prettig is mee om te gaan. Want… het is een samenspel tussen bij en imker!
We “melken” de darren (verzamelen van het sperma) en bevruchten hiermee de koningin. Dat kan slechts eenmaal in haar leven – levensduur van een koningin is 2 tot 3 jaar. De koningin legt in het hoogseizoen zo’n 1.000 eitjes per dag. De werksters leven ’s zomers 6 à 8 weken en ’s winters 6 tot 8 maanden. De koninginneteelt geschiedt hier in Nederland op de Waddeneilanden. Omdat de bij niet over grote wateroppervlakten vliegt, kan dus daar het ras zuiver blijven. Ieder eiland heeft zijn eigen ras. Wij zitten met de Carnica-bijen zelf 2 x per jaar op Vlieland.”
Opbrengst
“De raten worden als ze vol zijn geslingerd. De honing vangen we dan op. Tijdens het oogstfeest, tevens Open Dag van De Toene, verkopen we de honing.” Interessante beestjes, die bijen. Ja, ze kunnen ook steken. Ben je daar allergisch voor dan is het oppassen, anders is het een prik en valt het wel mee. We moesten eigenlijk wat meer waardering hebben voor de bijen. Voor één potje honing vliegen wel 40.000 km – de omtrek van de aarde!
Wil je meer weten, neem dan contact op met Bennie van Buizen.
Hij vertelt er graag over.
Een bezoekje aan De Toene en de bijenstal is altijd wel te regelen.