Maandag werd bij de sluis aan de Molenstreek (Wilhelminabrug) het 500ste pleziervaartuig van 2018 verwelkomt. Met aan boord Sietse en Tiny Schut. Burgemeester Sipke Swierstra overhandigde het echtpaar een Veendampakket, met onder andere bloemen en het boekje ‘Toervaart langs het kleinste dorp van Nederland’.
Het echtpaar was totaal verast. “De havenmeester liet de brug achter ons zakken, maar ging ons niet schutten”, vertelde Tiny Schut. ‘s Morgens waren ze vanuit hun woonplaats Groningen vertrokken voor een rondvaart van vijf weken. Ze zijn onderweg naar Stadskanaal, maar de vaartocht wordt niet gepland. Mogelijk als de eindbestemming het Zuidlaardermeer, maar het kan nog alle kanten op,
Sietse komt uit een echte schippersfamilie. Sinds 1647 zit dat in het DNA van de familie. Hij is op het schip van zijn ouders geboren bij Onderdendam. Het was nog in de oorlogstijd. Gevaren werd met aardappelen en bieten. Eind jaren 60 voer het echtpaar met hun eigen binnenvaartschip de Elsjo van 750 ton. Via het 300 kilometer lange Mittellandkanal en de Elbe werd op Oost Duitsland gevaren. En over de Spree dwars door Berlijn. “Dat was wel angstig met al die Vopo’s met hun mitrailleurs. Ze doorzochten het hele schip”, verteld Tiny. “We kregen een politieboot voor en achter ons”, haakt Sietse in. “Er mocht niemand bij ons aan boord komen”. Tiny heeft vroeger van de reizen een heel omvangrijk dagboek bijgehouden.
Begin jaren 80 waren ze ermee gestopt omdat de kinderen naar school moesten. “We hebben wel een ander schip gekocht en zijn daarop gaan wonen”. Maar toch was het een hele overgang. “Later zijn we nog weer met vracht gaan varen. Nu hebben we lekker vakantie en kunnen we weer met de boot”, lachte Tiny. “Het zit in je. Het was een mooi leven op het schip”.
Tiny komt uit een boerengezin. Het was hard werken, maar ook dat was een vrij leven. “We hebben elkaar 55 jaar geleden ontmoet in een cafeetje op het Zuiderdiep waar ik in betrekking was”.
Sietse heeft nog 4 jaar als beroepschauffeur met internationaal transport op de vrachtwagen gereden. In 1998 was hij op eigen duwboten gaan varen voor het opduwen van pontons waarop een kraan. Hij had er vijf waarvan zijn zoon er nog een heeft, en die door heel Nederland heen actief is. Sietse is nu 74 en helpt hem nog af en toe. Na de pensionering hadden ze een motorsailer gekocht, maar dat beviel niet zo goed. Op hun huidige plezierjacht de Baracuda varen ze inmiddels 6 jaar.
“Vroeger gingen mijn ouders door het Muntendammerdiep naar Zuidbroek. Ze hadden die kanalen niet dicht moeten gooien. Er had veel meer pleziervaart kunnen zijn”.