Rink Oosting is amateurhistoricus en verzamelt oude foto´s en verhalen die de geschiedenis van Veendam vertellen. Wekelijks op parkstadveendam een nieuw verhaal, zoveel mogelijk inhakend op de actualiteit, omlijst met foto's. Mocht u zelf in het bezit zijn van oude foto's, ansichtkaarten, dia's, oude nota's, verhalen enz. U kunt Rink Oosting bereiken op telefoonnummer 06-41586400 of per e-mail: rinkoosting@wanadoo.nl
Tegenwoordig is de auto een transportmiddel dat voor vrijwel alle lagen van de bevolking bereikbaar is. We zouden ons geen wereld meer kunnen voorstellen zonder motorvoertuigen. Toch is het naar verhouding nog niet zo lang geleden dat de automobiel alleen voor de notabelen van een dorp of een stad was voorbehouden. Het ‘gewone' volk maakte gebruik van de fiets of het openbaar vervoer. Pas na de jaren vijftig werd de auto ook financieel bereikbaar voor dit deel van de bevolking. Op deze opname zien we de automobiel van veearts Smit. Hij was één van de notabelen die zich omstreeks de jaren twintig van de vorige eeuw de luxe van zo'n vervoermiddel kon veroorloven.
Wie gaat er winnen de fietsers of de paardentram ? Rijtuig 15 spoed zich in de richting van het centrum van Veendam. De opname dateert uit 1912 en het is dan alweer 32 jaar dat de we paardentram in het Vendammer straatbeeld tegen kunnen komen. Naast passagiers vervoerde de paardentram ook goederen en was er een speciale posttram. Maar sinds 1910 diende zich een concurrent aan op het gebied van transport, de stoomtrein. Sinds 1 augustus 1910 had Veendam aansluiting op het landelijke spoorwegnetwerk. Het enige voordeel dat de paardentram nog bood was dat men bijna voor de deur kon opstappen. Lang heeft de paardentram de concurrentie niet aangekund op 15 maart 1923 valt het doek wanneer ook de laatste tramlijn van Veendam naar Pekela wordt beëindigd. Andere lijnen waren reeds opgeheven en de tram verdwijnt voor altijd uit het Veendammer straatbeeld.
De paardentram is onderweg met zijn passagiers in de richting van Wildervank. Deze opname dateert uit de begin jaren negentig van de 19de eeuw. Gemotoriseerd verkeer zal men in die tijd nog niet tegen gekomen zijn in de Veenkoloniën. De paardentram bood toendertijd de beste gelegenheid om te reizen over grotere afstanden. De paardentram onderhield een railverbinding tussen Zuidbroek en Ter Apel met een lengte van 41 km. De paardentram was voor die tijd een snelle manier van vervoer. Een reis van het station in Zuidbroek naar Ter Apel nam slechts vier uur in beslag. Dat er ook nog veel handwerk aan te pas kwam getuigd de man achter de handkar rechts op de foto.
In volle galop komt hij aandraven, de postkoets. Komende vanaf het Beneden Westerdiep brengt hij de post mee uit oa. Zuidbroek en Muntendam. Ondanks dat de postbezorging nog met de postkoets ging was deze toch verbazingwekkend snel op zijn bestemming. Het was heel normaal dat de post reeds de volgende dag op plaats van bestemming was. De ansichtkaart die in die tijd in opmars was was een ideaal middel om te communiceren. Je kon bv. je bezoek kort van tevoren aankondigen.
De snikkevaarder vaart hier vakkundig de sluis binnen aan het Midden Verlaat. Volgeladen met goederen en eventuele passagiers is hij op weg naar de stad Groningen. Naast het vervoer verdiende een snikkevaarder meestal ook iets bij met handel. Het oponthoud bij een verlaat bood ideale omstandigheden om handel te drijven. Bij een verlaat was altijd bedrijvigheid door de aanwezigheid van schippers die moesten wachten en winkeliers en ambachtslieden die hun zaken hadden rondom het verlaat. Tijdens het schutten werden goederen geladen en gelost die door omwonenden werden aangedragen of kwamen ontvangen.