Door Henk Drenth
Eigenlijk was ‘Het verhaal van de Veenkoloniën’ gepland tijdens het 10 jarig bestaan van het VKSO. Vanwege corona moest het op de lange baan worden geschoven. Het past ook in het 12.5 jarig jubileum. Nu zijn de uitvoeringen een compilatie muzikale hoogtepunten en highlights uit het 12,5 jarig bestaan van het VKSO.
Maar nu kan het in maar liefst drie Noordelijke theaters feestelijk worden gevierd. Waarvan er al twee uitgevoerd zijn. De eerste in het Atlas theater in Emmen en afgelopen zondagmiddag in De Tamboer in Hoogeveen. De derde voorstelling vindt op 16 oktober plaats in De Klinker te Winschoten. De laatste uitvoering is in de St.- Martinuskirche in Haren Duitstland. Een bijzondere locatie, ook wel de Dom van Emsland genoemd.
Veel muzikale vrienden van het VKSO doen mee. Mezzosopraan Hanneke Tichelaar, altmezzo Carina Vinke, tenor Falco van Loon, bas - bariton Martijn Sanders, het Bolotny Trio, streektaalzanger Bert Hadders, gitarist, componist. Twee koren geven hun medewerking, het VKSO concertkoor en het Chor des Städtischer Musikverein Meppen uit Duitsland.
En zelfs schrijver Yogi Jan Kuiper, en de Indiase muzikant Sandip Bhattacharya. Het publiek krijgt een hoogwaardig samenspel tijdens deze muzikale highlights uit 12.5 jaar VKSO. Inleidende verteller is Beno Hofman op verhalende wijze.
Voor dirigent Lubertus Leutscher was het een bijzondere belevenis met alle musici en de beide koorleden. “Ik ben heel trots op hen. En op alles wat er omheen hangt, zoals het productieteam en het bestuur.”
Het orkest kan een heel breed en gevarieerd programma neerzetten. Voor de pauze wordt de première van de Stadskanaalster dirigent Cornelis Dopper uitgevoerd. Er is een werk van hem gespeeld dat hij in 1907 heeft gecomponeerd. Met een heel andere tijdsgeest. Hij heeft het gecomponeerd toen hij in Amerika dirigeerde. En veel in de trein zat.
Hij besloot om tijden de treinreizen te gaan componeren. Het werk van Dopper is grotendeels tijdens de treinreizen ontstaan. Dit is een van zijn beste werken.
Hoe anders is de voorstelling van na de pauze. Waaronder een deel uit de voetbalopera Veendammer Wind. Het VKSO concertkoor zat weer helemaal in hun rol. Lubertus wil met het orkest de identiteit van de mensen opzoeken. Met de verhalen uit de omgeving. En dat de mensen zich herkennen in die verhalen in historie, heden en verleden. Voor een orkest is dat essentieel.
“Daar slagen wij gewoon in. De voetbalopera hoort dan bij Veendam. Het verhaal van de Joodse muzikale familie Stoppelman met hun dansorkest hoort bij de Veenkoloniën. We doen een mantra dat met India te maken heeft. Zo probeer je geschiedenis, maar ook het heden, te verbinden in de muziek. Door het verhaal wordt het toegankelijker en is de muziek is toegankelijk.”
Lubertus: “Eigenlijk is alle muziek ontstaan uit de klassieke muziek. In heel veel popmuziek vindt je de swing van de barokmuziek terug. Er zijn ook vaak klassieke melodieën verwerkt in songs.”
“Het orkest speelt ook regelmatig filmmuziek, waar een breed publiek voor is. Maar misschien moeten we in de toekomst ook iets uit de eighties en de nineties gaan doen, om er iets bijzonders mee te doen. We moeten ook aan de mensen denken die wat jonger zijn. En dan gecombineerd met klassiek. Je moet de mensen opzoeken. Je kunt ze dan kennis laten maken met klankidiomen die ze normaal niet kennen. Dat is uitdagend.”