Maandagavond hield de Adriaan Geerts Wildervanck Loge voor belangstellenden een informele en geheel vrijblijvende kennismakingsavond. Onder het genot van een hapje en een drankje werden de gasten geïnformeerd over de achtergronden en de doelstellingen van de Loge en de “Independent Order of Odd Fellows”.
Na de boeiende uitleg werd een rondleiding door het gebouw gegeven en mocht men plaats nemen in de bezinningsruimte. Daar luisterde men naar een toespraak van een lid van de Margaretha Hardenberg Rebekkah Loge. Zij las een citaat voor van de Franse schrijver en filosoof Voltaire.
“Elke speler bij een kaartspel moet de kaarten aanvaarden die het leven hem of haar toedeelt. Maar als hij ze in handen heeft, moet hij zelf beslissen hoe hij die kaarten gebruikt om te winnen”. Na deze inleiding vertelde ze over haar eerste indrukken bij de loge. “Een aantal jaren geleden kwam ik in deze bijzondere kring en zag dat iedereen met hetzelfde spel bezig was voor dezelfde doelstelling. Ze speelden niet om te winnen, en er waren geen verliezers. Ze speelden gezamenlijk omdat ze hun doel wilden bereiken. In onze Westerse wereld is dat in deze tijd bijzonder, waar machtsspelletjes worden gespeeld en waar zoveel mogelijk punten moet worden binnengehaald. In de jaren dat ik mee mocht doen heb ik veel geleerd. Niet met het halen van een hoge score, of door de spanning van het willen winnen".
"Vriendschap en verdraagzaamheid staan bij ons hoog in het vaandel, en dat proberen wij over te brengen op onze medemens. Omdat we ons medeverantwoordelijk voelen voor wat er zich afspeelt in de wereld om ons heen”.
“Het is zoals Voltaire zei; de spelers krijgen de kaarten, maar ze beslissen zelf wat ze ermee doen”. Uitnodigend naar de bezoekers: “U kunt meedoen als u wilt”.
Het logegebouw aan de Nassaustraat is het onderkomen van de twee mannenloges Adriaan Geerts Wildervanck Loge en de Semsloge. En van de twee vrouwenloges Amphora Rebekkah Loge en de Margaretha Hardenberg Rebekkah Loge.
Een Odd Fellow loge kan een beetje worden omschreven als een dames en heren sociëteit gevat in een eeuwenoude traditie, maar met meer diepgang dan een gewone vereniging. De drie trefwoorden zijn; sociëteit, traditie en diepgang. Bedoelend een sociëteit met gezelligheid en vriendschappelijke contacten. Traditie zijn de gebruiken die bij het eeuwenoude broederschap horen, zoals bijvoorbeeld de inwijding. De diepgang is het gezamenlijk zoeken naar zingeving en verdieping.
In een jachtige wereld waarin mensen meer en meer individualiseren en menigeen wordt geleefd door de hectiek van het moeten presteren, vinden Odd Fellows rust door regelmatig te verkeren in een kring van gelijkgestemden waar samen lief en leed kan worden gedeeld, en bij wie echte vriendschap en verdieping kan worden gevonden. Met ruimte voor uitwisseling van gedachten, voor onderling contact, en niet onbelangrijk voor gezelligheid.
Het Odd Fellowship is geen sekte of een religie, maar een levenshouding. De loges zijn samengesteld uit gelovigen en atheïsten. Van intellectuelen tot arbeiders. Van locale politici tot kledingverkopers. En van directeuren van bedrijven tot loonwerkers. Basis is dat men zoekt naar wat bindt en niet naar wat mensen zou kunnen scheiden. Door deze attitude kan een unieke sfeer van verdraagzaamheid en harmonie ontstaan. Het gaat er niet om wat iemand is, maar hoe iemand is. Overigens zijn de loges gewone verenigingen die ingeschreven staan bij de Kamer van koophandel.
De orde van Odd Fellows vond in Engeland z’n oorsprong in het gildewezen in de 18e eeuw. Waarschijnlijk is de eerste Odd Fellow loge in Engeland rond het jaar 1736 opgericht. Vermoedelijk waren Odd Fellows vaklieden, die geen lid van een plaatselijke gilde konden worden. Dit omdat ze van de ene plaats naar de andere reisden. Om elkaar te ondersteunen verenigden ze zich in "fellowships". Het woord "Odd" zou aangeven "op zich zelf", niet tot een gilde behorend. Engelse immigranten brachten het fellowship over naar de nieuwe wereld aan de andere kant van de oceaan. Vanuit Amerika spreidde de beweging zich over de hele wereld uit, met name in de Scandinavische landen.
In het algemeen wordt de smid Thomas Wildey beschouwd als de oprichter van de Amerikaanse tak van de Engelse Odd Fellow Orde in 1819. Pas later werd deze tak onafhankelijk van de Engelse, en kwam de naam "Independent Order of Odd Fellows" tot stand.
Als devies werd gesteld; bezoek de zieken, troost de bedroefden, begraaf de doden, onderwijs de wezen. In het Amerika van toen was met dit devies veel werk te doen. Sociaal werk was onbekend en de Odd Fellows begonnen zo hun werk voor de gemeenschap. Naast het maatschappelijke werk was ook aandacht voor de ethische kant van het leven.
Aan het begin van de 20e eeuw ontstonden de eerste mannenloges in Nederland. Enkele decennia later gevolgd door loges voor vrouwen, de Rebecca loges. Vanouds ging het ook in ons land om een orde met vaste rituelen die als vertrouwelijk werden beschouwd. En waardoor men niet veel naar buiten trad. In die opstelling is de laatste jaren verandering gekomen. Het kwam vaker in de publiciteit. Ook in de ontwikkeling van activiteiten buiten de loges. Met het beschikbaar stellen van menskracht en/of gelden voor goede doelen treedt de loge ook naar buiten.
In het jaar 2019 bestaat de orde 200 jaar.