Door Jacob Kuipers
Ooit vestigde zich hier jarenlang speelgoedzaak Leidekker aan de Brink in Veendam. De geboren en getogen Veendammers/sters weten dat maar al te goed. Maar op 6 oktober 2018 is Luuk Schenkel begonnen aan de Brink in Veendam. Schenkel: "In dit pand heeft ook een kringloop gezeten, wat nu in Heiligerlee zit. Die deden dat voor een goed doel. Daarvoor was er een houtbewerking. Ik was hier al heel snel in geïnteresseerd. Ik weet vrij veel over winkeltjes en dat soort dingen".
"Je kunt hier van alles kopen. Oude- en nostalgische blikjes, alles wat maar binnen komt. Als het maar netjes is. Dat gaan we voor een gereduceerd bedrag verkopen. Het moet niet te duur zijn". Volgens Schenkel zijn sommige kringloopwinkels zo duur dat je de goederen net zo goed bij een nieuwe winkel kunt kopen. Schenkel heeft geen concurrentie van andere kringloopwinkels. "Ik denk eerder, omdat ik later ben begonnen, de concurrentie van mij komt".
Schenkel: "De mensen brengen hier ook spullen binnen. Iederéén moet zijn best maar doen. En ik gun de mensen hier ook wat. Nait te duur. Ik heb net een nieuwe koffiezetapparaat verkocht voor 5 euro. We zitten hier niet in de rijkste buurt van Veendam. Dan moet je ook even een beetje terug doen aan de bevolking. Goedkoop krijgen en goedkoop weg doen. De kringloopwinkels worden gesubsidieerd, daar kun je niet tegen aan. En ik moet huur, gas en licht betalen".
Maar Schenkel houdt de moed er in en doet zijn uiterste best en probeert altijd vrolijk te zijn. Ook als 'de wind' een keer tegenzit. Het winkelcentrum aan de Brink heeft momenteel 'de wind in de zeilen'. "Hier staat op dit moment niks meer leeg". Schenkel is dus een tevreden man. "In vroegere jaren heeft aan de voorkant een benzinepomp gezeten". En hij wijst naar de voormalige garage Dontje en de zelfbedieningszaak van Ten Hof.
Op een gegeven moment komt Aaltje naar binnen lopen. Lachend zegt Schenkel dat het zijn beste klant is. Aaltje komt regelmatig even 'buurten'. Waarop de verslaggever tegen haar zegt "kiek'n of koop'n". Waarop Aaltje deze 'proatjeboxem' direct de mond snoert. Ja want anders verdiend Schreuder niks. Aaltje: "En ik mout mien aig'n rommel ook kwiet".
Schreuder: "Mensen hoeven zich niet te schamen, ze kunnen hier rustig een keer binnen lopen. Als ze eruit lopen zonder wat te kopen, daar blijf ik net zo vriendelijk onder. Elk is niet gelijk, iederéén heeft niet zoveel te besteden".
Aaltje ken nog wel waak'n 'maar de toene "ken ik nait meer doun". Op zo'n leeftied waark je toch nait meer in de toene? "Het mot ja, er is gain aine dij het dut, ook gain buur'n. Toun ik nog in dizze omgeving woonde, deed'n ze dat nog wel. Mor nou nait meer. Dat is toch wel wat he, dat ze dij mensen nait eem help'n. Dat vind ik vreselijk. En zie doun zoveul in de Kerkstroade. Alle winkels goan dicht. Hufst nait noar Kerkstrode goan mor doar is niks meer". Dus gaat Aaltje naar de winkel van Schenkel.