Café de Trekschuit aan de Sportterreinstraat 174 in Wildervank wordt door de nieuwe eigenaren getransformeerd tot Brasserie de Steiger. “Het past bij het dorp met al het water”, aldus Monique Stam. “De inrichting moet een beetje stoer zijn, en daar past de naam ook wel bij.” Monique Stam wordt de gastvrouw. Rogier Kerner wordt de chef-kok.
Monique: “Als we een klein steigertje boven het water met een vlonder mogen maken gaan we dat ook zeker doen. Maar dat is een beetje toekomstmuziek. Eerst hier maar gaan draaien. Op 17 september is de officiële opening. En dan gaan we de winter in.”
“We zijn vol begonnen met een groot project. Op de bovenverdieping hadden we wel al dingen gedaan. Maar de grootste verbouwing is voor de aannemer. Die mannen zijn al om halfacht begonnen. Voorlopig wordt het alleen maar lelijker”, lacht Monique.
Alles in het pand wordt opnieuw afgetimmerd en gestuukt. De deur naar het toilet moet worden verbreed voor rolstoelgebruikers. Er komt nieuwe sanitair. De ingang gaat van plek veranderen. De elektrische installatie gaat vernieuwd worden. Er komt een nieuwe vloer in met vloerverwarming. Het is een grote klus.
“De balken aan het plafon houden we. Het zijn mooie balken. We geven ze wel een andere kleur. We willen kijken of de bar behouden kan worden. Als blijkt dat het niet goed genoeg meer is moet er een nieuwe in. De afgelopen week hebben we alle meubilair besteld. We krijgen twee mooie grote stamtafels en een bartafel.”
Rogier Kerner wordt de chef-kok. Zijn specialiteit zijn de zelfgemaakte kroketten. “Maar ik ga ook heel veel spareribs maken.” Monique Stam: “Het wordt lekker en betaalbaar. Niet heel veel poespas, gewoon lekker koken. En een hoop gezelligheid.” Rogier: “En er komen stamppotten op de kaart.” Monique: “En een schnitzel.”
De nieuwe uitbaters komen uit Haarlem en omgeving. Monique en Rogier hebben veel horeca ervaring opgedaan. Rogier: “Ik ben zelfstandig werkend kok in opdracht op locaties door het hele land. Het waren heel vaak weekendklussen. Op de donderdag naar een locaties kan in Bakkeveen zijn, of in Assen. Ook in Hof van Saksen heb ik gekookt.” Monique: “Hij heeft ook grote food evenementen gedaan, zoals voor de KLM. Hij maakt nogal veel.”
Rogier: “We gaan voor het eerst onze eigen restaurant beheren. Nu krijg ik voor het eerst mijn eigen plek.” Monique: “We zijn nog bezig met de kaart. Misschien gaan we we in het begin ook nog wisselen. We kunnen het wel maken, maar je moet ook kijken wat de mensen graag willen. Als we veel verzoeken voor iets krijgen kan het er bij, en als iets weinig wordt besteld kan het er af. Het eerste jaar zal de kaart regelmatig wisselen.”
Monique heeft veel in de horeca gewerkt, maar vooral naast haar studie als bijbaan. En toen de kinderen nog klein waren. Later was ze de zorg ingegaan. Maar ze wilde weer heel graag terug de horeca in. “Dat vindt ik het leukst. En daar ben ik goed in.”
Monique en Rogier kennen elkaar als goede vrienden al 31 jaar. “Maar we hebben geen relatie”, zegt Monique. “Ik weet ook niet of ik met een partner zou willen werken”, zegt ze lachend. “Omdat je dan zowel voor werk en voor privé dan altijd bij elkaar bent. Dat is wat veel.”
Als het druk gaat worden komen er meer mensen in de bediening. Maar op een rustige dag willen ze het graag met z'n tweeën kunnen doen. Met 32 of 34 plaatsen maximaal.
“Beiden zijn we op zoek geweest naar het goeie pand. Sowieso moest de ligging mooi zijn. En goede mogelijkheden bieden voor het restaurant. En er moest een mogelijkheid zijn voor twee woonhuizen. Dit huis is groot genoeg om voor ons allebei een woonplek te creëren. Het sprak ons heel erg aan.”
De beide horecaondernemers hadden het in eerste instantie een beetje in het noorden van Drenthe gezocht. Ook het begin van Groningen was een beetje het zoekgebied.
“Toen dit voorbij kwam voldeed het aan alles. Behalve dat het nog niet af is”, zegt ze lachend. Rogier: “We moeten er nog wat aan vertimmeren, maar dan kan er iets moois van worden gemaakt zoals je het zelf wilt.”
“We hebben een aantal jaren in Groningen stad gewoond. Dus we kenden Groningen wel.” Rogier: “Jij kent Beijum heel goed en ik Oosterhoogebrug.” Monique: “We hebben altijd gezegd wanneer de kinderen groot zijn we de Randstad uitgaan en naar het Noorden gaan. En dat is nu.”
De achterzaal waar feestjes werden gehouden wordt de woonruimte van Monique. Voor familie en vrienden uit het westen is een slaapkamer gemaakt met woonruimte.”